Tijdens de Amerikaanse Burgeroorlog vochten zowel het Zuiden als het Noorden tegen ‘native’ Amerikanen. Deze stammen kwamen er vaak bekaaid af. Door het toedoen van president Lincoln is een grootschalige executie van de Dakota’s echter voorkomen.

Het is het jaar 1862. Stammen van de oorspronkelijke bewoners van het huidige Dakota hadden zich tien jaar daarvoor vrijwillig gevestigd in een reservaat bij de rivier Minnesota. In ruil voor een jaarlijkse betaling van $ 72.000 om goederen te kunnen kopen, hadden ze het grootste deel van hun oorspronkelijke land afgestaan aan de nieuwkomers. Deze Dakota’s of Sioux-indianen werden gezien als vriendelijk en veel van hen pasten zich aan de nieuwe omstandigheden aan. Ze stapten van de jacht over op landbouw, kleden zich als de Amerikaanse ‘settlers’ en spraken Engels.

Indianen uit het schaakspel Amerikaanse Confederatie-leger versus ‘Native’ Amerikanen uit de Collectie Rademaker

De Amerikanen kwamen echter hun afspraken niet na: de beheerders van het reservaat waren corrupt, overheidsgeld verdween en kwam niet bij de stammen terecht, steeds meer blanke kolonisten mochten zich vestigen op het overgebleven grondgebied van de Dakota’s en joegen op hun wild. Dat gebied was te klein geworden om in rond te trekken voor de jacht of om op een andere manier zelfvoorzienend te zijn: de betalingen van de overheid waren hard nodig. Die bleven, mede vanwege de Amerikaanse Burgeroorlog, uit en wanneer door de strenge winter de oogst mislukte, brak er honger uit.

Hongersnood

Op 4 augustus 1862 brak stamhoofd Little Crow met ongeveer vijfhonderd Dakota’s de voedselpakhuizen van de reservaatbeheerders binnen. Little Crow eiste dat de afgesproken goederen en gelden zouden worden geleverd. Hij waarschuwde daarbij dat hij zijn hongerige mannen niet zou kunnen weerhouden om anders op andere manieren aan eten te komen. Volgens de overlevering zou handelaar Andrew Myrick hem hebben geantwoord dat de Dakota’s dan maar gras moesten eten en wanneer dat op was, hadden ze de mesthoop nog.

Nog geen twee weken later, op 17 augustus, overvielen enkele Dakota’s op zoek naar voedsel vijf kolonisten, en vermoordden hen. Dit was het begin van de grote Dakota-opstand. Die nacht overlegden de stamhoofden en omdat ze represailles verwachtten, besloten ze om tot de aanval over te gaan. De Dakota’s plunderen onder leiding van Little Crow de pakhuizen en Andrew Myrick is de eerste die het leven liet. Tot hilariteit van de Dakota’s viel hij op een mesthoop, zo gaat het verhaal. Dagen later zou hij hier worden teruggevonden, met gras in zijn mond…

‘Settlers’ op de vlucht voor de Dakota’s, 1862 Minnesota

Hier blijft het echter niet bij: vervolgens vielen de Dakota’s ook nederzettingen van de kolonisten aan en vermoordden de bewoners. De burgers die naast het reservaat woonden, in het stadje New Ulm, hadden de geruchten van de naderende Dakota’s op oorlogspad niet serieus genomen. Ze leefden al jaren samen met deze mensen, er waren gemengde huwelijken en die ochtend hadden ze nog enkele Dakota’s de hand geschud na de gezamenlijke kerkdienst.

Toch bleken de geruchten waar. Dakota’s te paard reden de hoofdstraat op en neer en gingen vervolgens over tot de aanval op hun buren. Zij hielden verschrikkelijk huis, vermoordden zelfs kinderen, verkrachtten vrouwen en brandden huizen plat. In totaal verloren bijna vijfhonderd kolonisten het leven tijdens deze weken van opstand. Het zou echter te zwart-wit zijn om de Amerikanen tegenover de Dakota’s te zetten, zoals op het schaakbord.

Geen doodstraf

Om Minnesota te hulp te schieten, maakte President Abraham Lincoln troepen vrij die vanwege de burgeroorlog in gevecht zijn met het Zuiden. De Dakota’s waren enkele maanden ongrijpbaar, maar tegen het leger konden ze niet op. Steeds meer Dakota’s gaven zich over en er eindigden 392 in de gevangenis, waar ze hun vonnis door de militaire rechtbank afwachtten. Hun gevangengenomen families bracht het leger onder in kampen. De militaire rechtbank berechtte tussen 25 oktober en 5 november de 392 gevangenen en wilde ze allemaal laten executeren.

Lincoln, die het bevel tot executie moest geven, vond de dossiers van de gevangenen echter niet volledig genoeg voor deze gruwelijke straf. Hij schreef terug dat er onderscheid gemaakt moest worden tussen hen die strijd hebben geleverd en diegenen die misdaden hadden begaan zoals moord en verkrachting. Generaal Sibley in Minnesota reageerde ontzet: hij was er van overtuigd dat de president alle gevangenen ter dood zou veroordelen. Hij adviseerde Lincoln vervolgens dan ook met klem zijn besluit te heroverwegen, omdat hij anders niet kon garanderen dat de burgers het heft niet in eigen handen zouden nemen.

Het schavot met de 38 veroordeelde Dakota’s, 26 december 1862

Deze waarschuwing was niet helemaal onterecht. Een groep vrouwelijke kolonisten van Nederlandse oorsprong bijvoorbeeld, stond de gevangenen al op te wachten met stenen in hun schort. Ze bekogelden de gevangenen, die op doortocht door New Ulm kwamen, waarbij 15 gewonden vielen. Sibley schreef hierover naar zijn vrouw: “The Dutch she-devils were as fierce as tigers.” Sibley was niet de enige die Lincoln probeerde te overtuigen om alle gevangen te laten executeren maar de president liet zich niet vermurwen. Uit de dossiers blijkt dat van de 392 mannen slechts 38 halsmisdaden hadden begaan en alleen zij zouden daarvoor gestraft worden.

De brief van Lincoln met dit verlossende antwoord en de lijst met namen van de ter dood veroordeelden, bereikte op dinsdag 23 december de gevangenis. Toen dominee Stephen Riggs hem voorlas aan de gevangenen, terwijl buiten het schavot werd getimmerd, heerste er een doodse stilte. Hij sloot de namenlijst af met de woorden “May God have mercy on your souls…” De dag na kerst, vrijdag 26 december, werd het vonnis uitgevoerd. Ondanks dat er ‘slechts’ 38 Dakota’s zijn opgehangen, is het de grootste massa-terechtstelling in Amerika.

Naamsverwarring

Abraham Lincoln (1860) door Mathew Brady.

Hoe rechtvaardig Lincoln’s redenatie ook klinkt, de uitvoering was het niet helemaal. Zo was er bij meerdere Dakota’s met ongeveer gelijke namen verwarring over wie nu veroordeeld was en wie niet. Ene mevrouw Wakefield zou later klagen dat haar buurman Chaska aan de galg was beland, terwijl hij alleen maar was veroordeeld voor zijn aanwezigheid en zelfs mevrouw Wakefield en haar kinderen had beschermd tijdens de aanval. Het was echter de Dakota Chaskadon geweest die door de president veroordeeld was tot de galg wegens moord op een zwangere vrouw.

Van de oorspronkelijke aanvallers zijn er ook veel die de rechtszaak wisten te ontkomen, omdat ze eerder waren gevlucht in plaats van zich over te geven. Hoofdman Little Crow, samen met andere hoofdmannen, hoorde daar ook bij. Uiteindelijk liep het slecht met hem af. In 1863 viel hij in de handen van wraakbeluste kolonisten en gedood.

Al met al een zwarte bladzijde in de Amerikaanse geschiedenis, met een klein lichtpuntje: een president die rechtvaardig bleef en zich niet door de publieke opinie en aankomende verkiezingen liet verleiden tot een gewenste uitspraak. In de noordelijke versie van dit schaakspel zou Lincoln de terechte Koning zijn geweest.

Door Marjolein Overmeer