Een van de grootste mozaïekkunstenaars is Antoni Gaudí. Op zijn geboortedag, 25 juni 1852, besteden we extra aandacht aan deze eeuwenoude kunstvorm. Het Schaakstukkenmuseum heeft namelijk een schaakspel in de collectie, versierd met mozaïek. De stukken beelden allemaal onderdelen uit van Gaudí’s creaties.

Schaakspel Gaudí’s mozaïeken uit de Collectie Rademaker

Romeins mozaïek
Het maken van mozaïeken is een kunstvorm die al duizenden jaren bestaat. De vroegste voorbeelden komen uit Soemerië in het huidige Irak en bestaan uit egale of gekleurde kegels van klei. De kegels staken de Soemeriërs in modder zodat ze vastzaten wanneer de modder was opgedroogd. Maar de antieke mozaïeken die ons het meest bekend zijn, zijn die van de Romeinen.

Romeins mozaïek uit een woonhuis in Pompeii

Voor hun mozaïeken, die er uitzagen als realistische schilderijen, gebruikten de Romeinen speciaal daarvoor ontworpen kleine tegeltjes of tesserae, zoals we dat nu nog steeds doen. De mozaïeken beeldden mythologische figuren, dieren, goden en godinnen uit of huiselijke taferelen met de eigenaars van het gebouw waarin ze werden geplaatst. De Romeinen verspreidden de mozaïekkunst vervolgens tot in alle uithoeken van hun immense rijk.

Art-Nouveau
Na de Romeinen waren het vooral de Byzantijnen die mozaïek gebruikten in hun kunstuitingen.  De met name religieuze mozaïek kwam tot grote bloei in deze periode.  De afgebeelde figuren zijn heiligen of apostelen en in hun grandeur bedoeld om devotie op te wekken. In tegenstelling tot de meer aardse tinten bij de Romeinen gebruikten de Byzantijnen vooral gekleurde steentjes, in het bijzonder rood, blauw, groen en veel goud. Deze kleurrijke mozaïeken bedekten de religieuze gebouwen van top tot teen.

In Europa kwam mozaïek pas weer in zwang met de kunststroming Art-Nouveau, vanaf het einde van de negentiende eeuw. Art-Nouveaukunstenaars, waaronder Gaudí, lieten zich inspireren door de vloeiende vormen uit de natuur.  In deze periode ontwikkelde Gaudí zijn unieke mozaïekstijl, waarmee hij talloze gebouwen in Barcelona versierde. Plantenranken, bloemen, dieren en golfbewegingen vinden we overal terug in zijn ontwerpen.

Met foutjes
De mozaïekstijl die Gaudí gebruikte, trencadís, bestaat uit kleurrijke collages van keramiekscherven die in het natte cement gedrukt werden. Om dit onder de knie te krijgen had hij les gekregen van Manuel Vincens i Montaner, de beroemde keramiekmaker uit Barcelona. Voor zijn mozaïeken gebruikte Gaudí keramiek met foutjes die de Spaanse aardewerkfabrieken hem meegaven voor een zacht prijsje.

Wanneer we naar de schaakstukken van het Gaudí’s mozaïeken schaakspel kijken, vallen gelijk al bekende onderdelen van Gaudí’s bouwwerken op. Zo is de Koning niet voor niets vormgegeven naar een toren van de Sagrada Familia, het meesterwerk uit Gaudí’s oeuvre. De achttien torens van deze kerk symboliseren Jezus, Maria, de twaalf apostelen en de vier evangelieschrijvers. De pinakels op de torens zijn helemaal versierd met mozaïek.

Beroemde salamander
De Torens en de Pionnen van het schaakspel lijken erg op de torens van het herenhuis Palacio Güell, dat Gaudí ontwierp in de jaren tachtig. Op het dak van dit huis creëerde hij een soort sprookjestuin van met mozaïek versierde schoorstenen. Deze geheime tuin was vanaf de straat niet te zien en een ware verrassing voor bezoekers.

Torens Palau Guell Barcelona Gaudi

Maar het leukste schaakstuk is toch wel de Loper, naar het voorbeeld van de Salamander uit Park Güell. Voor dezelfde opdrachtgever als het herenhuis, Gaudí’s vriend Eusebi Güell, ontwierp de kunstenaar een Tuinstad. Het idee was om een luxe, ommuurde woonwijk te bouwen in een groene omgeving en Gaudí zelf nam zijn intrek in het modelhuis. Het sloeg echter niet echt aan en maar drie van de beoogde zestig percelen werden verkocht. Vervolgens kocht Barcelona de grond in 1922 en stelde het open als stadspark. Beroemd zijn de golvende muren om het park heen, waarbij de met mozaïek ingelegde salamander, ‘El Drac’, het hoogtepunt is. En dat is hij ook in het schaakspel Gaudí’s mozaïeken, dus kom eens naar het Schaakstukkenmuseum om hem te bewonderen.


Door Marjolein Overmeer